Zijn bomen óók mensen?


Ik behoor tot het soort mensen dat in bomen levende wezens ziet. Ik vind ze vaak op mensen lijken.

De boom hierboven probeert de moederkoe bang te maken.
Mooi dat het niet lukt. De moederkoe van hierboven heeft genoeg meegemaakt om niet onder de indruk te zijn van wezens die haar met hun drangen proberen bang te maken. (Ik ken haar.)

Bomen hebben ook wel eens wat

De boom heeft ook het nodige meegemaakt. Misschien heeft hij zelfs ruzie gehad met de bliksem. En toch heeft hij zich er niet door laten weerhouden nieuwe takken te maken, of is ie doorgegaan met de takken die hij al had. Hij steekt ze gevaarlijk uit naar de koe. Woaaaaa!
Hij wil niet nog meer gekwetst worden. Het kan wel eens genoeg zijn.

De aanval is de beste verdediging?

Een verdedigingsmechanisme zorgt voor een heel vertrouwde reactie.

Dus de boom zegt: ‘Woaaaaaa!’
Omdat hij hoopt dat de ander dan ook ‘Woaaaaaa!’ terugzegt.
Zodat hij kan zeggen: ‘Zie je wel, ik zei toch al: alles en iedereen is altijd tegen mij!’

De verslaving van het zielige gelijk

‘Gelijk hebben’ is een soort verslaving. Zoals roken dat ook is. Je wordt rustig van giftige gassen in je longen. Niet omdat die giftige gassen goed voor je zijn, maar omdat je lichaam eraan gewend is. Ahhhh!

Heroisch slachtofferschap

Wie ontkent dat hij slachtoffer is, maar zich er tegelijkertijd in wentelt, noem ik een heroïsch slachtoffer.
Het is de boom die zegt: ‘ik ben de zieligste, maar ik ben zo krachtig dat ik dat wel kan dragen. Zie je het wel? Zie je alsjeblieft hoe zielig ik ben? Ja, ik weet best dat we allemaal wel eens wat hebben, maar IK, IK ben de zieligste. Omdat ik zo krachtig ben.’

Natuurlijk is dit alles je reinste onzin. Bomen zijn gewoon bomen. Je kunt er lekker tegenaan staan of eronder gaan liggen als je wat schaduw nodig hebt of wilt schuilen tegen de regen. Koeien snappen dat.